De heilige Geest beheerst ons leven
We zijn bevrijd
1 De mensen die bij Jezus Christus horen, zijn bevrijd van Gods straf. 2 Wij waren in de macht van de zonde en de dood. Maar de heilige Geest heeft ons uit die macht bevrijd. En dankzij Jezus Christus krijgen we het eeuwige leven.
3 Wij waren in de macht van de zonde, en de wet kon ons niet redden. Maar God zorgde ervoor dat wij gered konden worden. Hij stuurde zijn Zoon. Zijn Zoon kwam als mens op aarde, waar de zonde heerste. Want alleen zo kon hij de zonde verslaan. Op die manier heeft God een eind gemaakt aan de macht van de zonde. 4 En daardoor kunnen wij nu leven zoals God het wil. Want wij worden geleid door de heilige Geest, en niet meer door onze verkeerde verlangens.
De heilige Geest helpt ons
5 Als je je laat leiden door je slechte verlangens, dan wil je alleen maar verkeerde dingen doen. Maar als je je laat leiden door de heilige Geest, dan wil je alleen maar goede dingen doen. 6 Wie luistert naar zijn verkeerde verlangens, eindigt in de eeuwige dood. Maar wie luistert naar de heilige Geest, zal voor eeuwig leven bij God.
7 Wie luistert naar zijn slechte verlangens, is een vijand van God. Want slechte verlangens trekken zich niets aan van Gods wet. Ze gaan hun eigen gang. 8 Als je je laat leiden door je slechte verlangens, kun je niet doen wat God wil.
De heilige Geest is in ons
9 Maar bij jullie is dat heel anders. Jullie laten je niet leiden door je slechte verlangens, maar door de heilige Geest. Want de heilige Geest is in jullie gekomen. En je kunt alleen bij Christus horen als zijn Geest in je is.
10 Christus is in ons allemaal. De zonde zorgt er nog wel voor dat wij moeten sterven, maar de heilige Geest geeft ons het eeuwige leven. Want God ziet ons als goede mensen. 11 God heeft Jezus Christus laten opstaan uit de dood. En God zal ook aan ons, sterfelijke mensen, het eeuwige leven geven. Dat weten we zeker, want zijn Geest is nu al in ons gekomen.
Wij zijn Gods kinderen
12 Vrienden, wij mogen ons niet langer laten leiden door onze slechte verlangens. 13 Want wie luistert naar zijn slechte verlangens, eindigt in de eeuwige dood. Maar wie dankzij de Geest een eind maakt aan zijn slechte gedrag, die zal voor eeuwig leven.
14 Als we ons laten leiden door Gods Geest, dan zijn we Gods kinderen. 15 God heeft ons niet zijn Geest gegeven om weer bange slaven van ons te maken. Nee, God heeft ons zijn Geest gegeven om van ons zijn kinderen te maken. En als Gods kinderen bidden wij: ‘Abba, Vader!’ 16 De heilige Geest geeft ons de zekerheid dat we Gods kinderen zijn.
17 God heeft aan Christus het volmaakte leven gegeven. En dat wil hij ook aan ons geven, omdat ook wij zijn kinderen zijn. Wij horen bij Christus. Nu moeten we nog lijden, net als hij. Maar straks zullen we voor eeuwig leven, samen met hem.
Niets houdt onze redding tegen
Er komt een einde aan het lijden
18 Dit weet ik zeker: hoe zwaar ons lijden ook wordt, het brengt ons eeuwige leven niet in gevaar.
19-21 Alles op aarde wordt bedreigd door de macht van de dood. Dat is niet de schuld van de aarde, maar het is de straf van God voor de slechtheid van de mensen.
Toch is er hoop! Want ooit wordt de aarde bevrijd. Dan komt er een eind aan de macht van de dood. De aarde verlangt hevig naar dat moment van bevrijding. Dan zal God aan zijn kinderen het eeuwige leven geven. En dan zullen zij voor altijd op aarde leven.
Ook aan ons lijden komt een einde
22 Nu is het leven op aarde nog vol pijn en ellende. 23 Dat geldt ook voor ons leven. God heeft ons de heilige Geest al gegeven, maar we wachten nog op een lichaam dat nooit zal sterven. Dat is het grootste geschenk dat God ons zal geven. Dan zullen we leven als Gods kinderen. Maar tot die tijd hebben we het moeilijk en zwaar.
24-25 We zijn al gered, ook al zien we dat nu nog niet. Toch vertrouwen we erop dat God ons de eeuwige redding zal geven. Als we het nu al konden zien, dan hoefden we er niet op te vertrouwen. Maar door vol te houden in deze moeilijke tijd, laten we zien dat we echt op God vertrouwen.
De heilige Geest bidt voor ons
26 De heilige Geest steunt ons als we het moeilijk hebben. Wij weten niet welke bedoeling God heeft met ons lijden. En we weten daarom niet wat we moeten bidden. Maar de heilige Geest zelf bidt voor ons, beter dan een mens het ooit zou kunnen. Zo smeekt hij God om ons te helpen.
27 God weet hoe wij van binnen zijn. Hij weet wat de Geest hem namens ons vraagt. Want het is zijn eigen Geest die voor ons bidt. 28 God zorgt ervoor dat al ons lijden uiteindelijk het goede brengt: onze eeuwige redding. Dat is zeker, want God houdt van ons.
Gods kinderen zullen eeuwig leven
God heeft ons uitgekozen volgens zijn plan. 29 Hij kende ons al voordat we er waren. En hij heeft ons uitgekozen om zijn kinderen te zijn.
God zal ons een volmaakt lichaam geven. Een lichaam zoals dat van zijn Zoon, die lijkt op God zelf. Dan zullen wij broers en zussen zijn van Christus, de enige Zoon van God. 30 Want God heeft ons uitgekozen om te gaan geloven. En omdat we geloven, ziet hij ons als goede mensen. En omdat hij ons als goede mensen ziet, geeft hij ons het eeuwige leven.
Gods liefde overwint alles
31 Wat moet ik hier verder nog over zeggen? God houdt van ons. Voor wie zouden wij dan nog bang moeten zijn?
32 God liet toe dat zijn eigen Zoon gedood werd. Hij leverde hem uit aan slechte mensen. Dat deed God voor ons allemaal. Maar dan is het zeker dat hij ons ook het eeuwige leven zal geven, het eeuwige leven dat zijn Zoon al gekregen heeft.
33-34 Wij zijn door God uitgekozen. Moeten we dan bang zijn als mensen ons beschuldigen of ons veroordelen? Nee! Want God ziet ons als goede mensen. Jezus Christus is gestorven, maar nog belangrijker: hij is opgestaan uit de dood. Hij is in de hemel en zit naast God, aan de rechterkant. Hij laat ons nooit in de steek.
35 Wij horen bij Christus, en Christus houdt van ons. Niets kan dat veranderen. Ook al moeten we lijden, ook al worden we vervolgd of bedreigd. Ook al hebben we honger, ook al zijn we arm, ook al is ons leven in gevaar.
36 In de heilige boeken staat: «Omdat we bij u horen, moeten we elke dag lijden. We worden behandeld als schapen die geslacht worden.» 37 Maar hoe zwaar het ook wordt, we zullen alle moeilijkheden overwinnen. Want God houdt van ons.
38-39 Dit weet ik zeker: door de dood en opstanding van Jezus Christus, onze Heer, liet God zien hoeveel hij van ons houdt. En niets kan dat veranderen: geen engel, geen geest, geen machthebber, geen mens of macht op aarde of in de hemel. Want wat er ook gebeurt, vandaag of in de toekomst, of we nu leven of sterven: God houdt van ons!
© Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap