In de woestijn zal water zijn
De woestijn zal bloeien
1-2 De woestijn zal vrolijk zijn, juichen en bloeien. De woestijn zal bloeien als een lelie. Er zullen prachtige bomen groeien, die net zo mooi zijn als de bomen op de Libanon-bergen en op de berg Karmel. De woestijn zal zo schitterend zijn als de akkers van het Saron-dal.
De bewoners van de woestijn zullen zien hoe machtig de Heer is. Ze zullen de machtige daden van onze God zien.
God zal komen om zijn volk te redden
3 Volk van Israël, houd moed, geef niet op! 4 En zeg tegen de mensen die de moed verloren hebben: ‘Jullie moeten sterk zijn. Jullie hoeven niet bang te zijn. Want God zal komen om jullie vijanden te straffen. Hij komt jullie bevrijden.’
5 Als God jullie bevrijd heeft, zullen blinde mensen kunnen zien. En dove mensen kunnen dan horen. 6 Mensen die niet konden lopen, zullen springen als herten. En mensen die niet konden spreken, zullen roepen en zingen.
De woestijn zal vol water zijn, door het droge land zullen rivieren stromen. 7 De droge gebieden zullen veranderen in meren. Er zullen rivieren stromen op plekken waar nooit water was. En er zullen waterplanten groeien op plekken waar eerst woestijndieren leefden.
Er komt een weg naar Jeruzalem
8-9 Dan zal er een weg lopen naar Jeruzalem, de Heilige Weg. Mensen die niet doen wat God wil, kunnen die weg niet gebruiken. Want die weg is alleen voor de mensen die bevrijd zijn door de Heer. Er zullen geen leeuwen of andere wilde dieren zijn.
10 De mensen die door de Heer bevrijd zijn, zullen terugkomen in Jeruzalem. Ze zullen stralen van blijdschap, ze zullen juichend de stad binnengaan. Niemand zal nog jammeren of huilen.