Israël mag God niet vergeten
De lange reis door de woestijn
1 Mozes zei verder tegen de Israëlieten: ‘Houd je precies aan alle regels die ik jullie vandaag geef. Dan zullen jullie lang leven en een groot volk worden. En jullie zullen het land in bezit nemen dat de Heer plechtig aan jullie voorouders beloofd heeft.
2 Denk eens terug aan de reis door de woestijn! De Heer, jullie God, heeft jullie daar veertig jaar doorheen geleid. Zo wilde hij te weten komen of jullie hem echt vertrouwden. Hij wilde weten of jullie echt van hem hielden, en of jullie hem echt zouden gehoorzamen. Hij wilde laten zien dat hij een machtige God is. 3 En dat heeft hij ook laten zien! Hij liet jullie honger lijden in de woestijn. Toen gaf hij jullie manna te eten, voedsel dat jullie niet kenden. Zo wilde hij jullie leren dat een mens niet alleen leeft van brood, maar ook van de woorden die de Heer spreekt.
4 Veertig jaar duurde die reis door de woestijn! En toch raakten jullie kleren niet versleten, en werden jullie voeten niet dik van het lopen.
5 Laat dit goed tot je doordringen: de Heer wil jullie leren hoe je goed moet leven. Net zoals een vader dat leert aan zijn kinderen. 6 Houd je daarom aan zijn regels. Leef zoals hij het wil en heb eerbied voor hem.
Het volk krijgt een mooi land
7 De Heer, jullie God, brengt jullie straks naar een mooi land. Een land vol meren, bronnen en stromende rivieren. 8 Het is een land waar veel koren groeit. Een land waar wijngaarden zijn, en bomen met veel vruchten. Een land vol olijven en honing. 9 Je hoeft er geen honger te lijden, en in de bergen is veel ijzer en koper te vinden. Dat land heeft alles wat jullie nodig hebben.
Vergeet God nooit
10 Jullie zullen daar meer dan genoeg te eten hebben. Je moet de Heer, je God, daarvoor danken. Dank hem voor dat prachtige land dat hij jullie gegeven heeft.
11-14 In dat land zullen jullie rijk zijn. Je zult er meer dan genoeg te eten hebben. Je zult er mooie huizen bouwen om in te wonen. Je zult steeds meer koeien, schapen en geiten hebben, en steeds meer goud en zilver.
Maar pas op! Vergeet de Heer, je God, dan niet. Als jullie zo rijk zijn, denk dan niet dat je de Heer niet meer nodig hebt! Vergeet dan niet om je te houden aan zijn wetten en regels, de regels die ik jullie vandaag geef.
Onthoud dat God je bevrijd heeft
Vergeet de Heer, jullie God, niet! Want hij heeft jullie uit de slavernij in Egypte bevrijd. 15 Hij heeft jullie geleid door die grote, verschrikkelijke woestijn, vol slangen en schorpioenen. Hij heeft jullie meegenomen door dat droge land zonder water. Hij liet toen water stromen uit een harde rots. 16 En hij gaf jullie manna te eten, voedsel dat jullie niet kenden.
Hij deed dat om zijn macht te laten zien. En omdat hij wilde weten of jullie hem wel vertrouwden. Zo kon hij jullie rijk en gelukkig maken.
17 Denk straks niet: Wij hebben er helemaal zelf voor gezorgd dat we nu zo rijk zijn! 18 Nee, het is de Heer, jullie God, die jullie zo rijk gemaakt heeft. Onthoud dat goed! Hij wilde doen wat hij plechtig beloofd had aan jullie voorouders.
Mozes waarschuwt het volk
19 Ik waarschuw jullie: Vergeet de Heer, je God, niet! Als jullie dat toch doen, en andere goden gaan vereren, dan zullen jullie sterven. 20 Dan zal het met jullie net zo aflopen als met jullie vijanden, die de Heer gedood heeft. Ook jullie zullen dan gedood worden, omdat jullie niet naar de Heer geluisterd hebben.’
© Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap