Blogs Ga terug naar het overzicht
Mirjam van der Vorm-Croughs op 26 December 2014

De maagd zal zwanger zijn

‘De maagd zal zwanger zijn en een zoon baren, en men zal hem de naam Immanuel geven’. De woorden uit Matteüs 1:23, hier geciteerd uit De Nieuwe Bijbelvertaling, worden met kerst in bijna iedere kerk gelezen. Bij zo’n bekende tekst valt het extra op als de Bijbel in Gewone Taal het anders weergeeft. Daar staat in plaats van ‘maagd’ de omschrijving ‘een jonge vrouw die nog maagd is’. Waarom is er gekozen voor die weergave?

Maria, een jonge vrouw, blijkt zwanger te zijn. Het kind is niet verwerkt door Jozef, haar verloofde, en ook niet door een andere man. Het kind dat Maria verwacht is verwekt door de heilige Geest. Dat moest allemaal zo gebeuren, schrijft Matteüs, want zo staat het al in de heilige boeken. En hij citeert: ‘De maagd zal zwanger zijn en een zoon baren, en men zal hem de naam Immanuel geven’ (NBV). Matteüs citeert Jesaja 7:14. Maar als je dat vers opzoekt in De Nieuwe Bijbelvertaling of de Bijbel in Gewone Taal, blijkt daar geen ‘maagd’ te staan, maar ‘jonge vrouw’. Hoe zit dat precies?

Voordat de verschillende versies over elkaar heen gaan buitelen en u begrijpelijkerwijs afhaakt, zet ik twee vertalingen op een rijtje:

  NBV BGT
Jesaja 7:14 Daarom zal de Heer zelf u een teken geven: de jonge vrouw is zwanger, zij zal
spoedig een zoon baren en hem
Immanuel noemen.
De Heer zelf zal u een teken geven. Een jonge vrouw zal zwanger worden en ze zal een zoon krijgen. Ze zal haar kind Immanuel noemen.
Matteüs 1:23 ‘De maagd zal zwanger zijn en een zoon
baren, en men zal hem de naam
Immanuel geven,’
«Een jonge vrouw die nog maagd is, zal zwanger worden. Ze zal een zoon krijgen, en hij zal Immanuel genoemd worden.»

 

Waarom wijkt het citaat in Matteüs af van de tekst in Jesaja in de NBV en de BGT (maar niet in de Statenvertaling)?

Om hier een antwoord op te geven, moet ik iets te vertellen over citaten in het Nieuwe Testament. De nieuwtestamentische schrijvers citeerden regelmatig uit de Heilige Schrift – voor christenen van nu ‘het Oude Testament’. Echter, ze gebruikten daarvoor meestal niet de Hebreeuwse grondtekst van de Bijbel, maar een Griekse vertaling ervan, de Septuaginta. Deze Griekse vertaling wijkt soms af van het Hebreeuws. Dat is een van de redenen waarom citaten in het Nieuwe Testament soms afwijken van hun bron in het Oude Testament. Ook in Matteüs 1:23 is dat het geval. De evangelist citeert daar de Griekse vertaling van Jesaja 7:14. Daar wordt het woord parthenos gebruikt, wat (meestal) ‘maagd’ betekent. De Hebreeuwse tekst van Jesaja 7:14, daarentegen, heeft niet een woord in de specifieke betekenis van ‘maagd’, maar in de bredere betekenis van ‘jonge vrouw’: het woord ‘alma. Dat wordt in het Bijbels Hebreeuws soms gebruikt voor een jonge vrouw die nog maagd is, maar in andere gevallen voor een jonge al getrouwde vrouw. In de context van Jesaja 7 zelf speelt de maagdelijkheid van de vrouw geen rol (in tegenstelling tot in Matteüs 1:23). De Nieuwe Bijbelvertaling en de Bijbel in Gewone Taal kiezen daarom in Jesaja 7:14 voor ‘jonge vrouw’.

Maar in Matteüs 1:23 verschillen de twee vertalingen van elkaar. De Nieuwe Bijbelvertaling heeft ‘maagd’, de Bijbel in Gewone Taal heeft ‘een jonge vrouw die nog maagd is’.

Er zijn twee redenen voor de keuze van de BGT. De eerste is het gebruik van gewone taal. In ons dagelijks taalgebruik wordt ‘maagd’ geregeld gebruikt in de zin van ‘(nog) maagd zijn’, maar veel minder vaak als zelfstandig naamwoord. In de BGT wordt ‘maagd’ een paar keer gebruikt, maar alleen op die meer gebruikelijke manier (‘zij was nog maagd’). Zo gebeurt het ook in Matteüs 1:23: ‘een jonge vrouw die nog maagd is’.

De tweede reden betreft de afstemming tussen het citaat in het Nieuwe Testament en de bron van het citaat in het Oude Testament. Waar mogelijk probeert de Bijbel in Gewone Taal zo te formuleren dat het citaat duidelijk lijkt op de bron. Dat maakt het voor lezers makkelijker om het citaat te herkennen. Het citaat in Matteüs 1:23 is door de formulering ‘een jonge vrouw die nog maagd is’ duidelijk afgestemd op Jesaja 7:14. Daar staat immers ‘jonge vrouw’. Tegelijk is het belangrijk dat in Matteüs 1:23 ook het woord ‘maagd’ wordt gebruikt. Want dat klinkt mee in het woord parthenos in de context van Matteüs 1.

Op deze manier doet de Bijbel in Gewone Taal recht aan zowel de Griekse als de Hebreeuwse brontekst. En tegelijkertijd ziet de lezer hoe de Matteüs hier gebruik gemaakt heeft van Jesaja. En dat allemaal in gewone taal.

 

Mirjam van der Vorm-Croughs is oudtestamenticus bij het Nederlands Bijbelgenootschap en heeft meegewerkt aan de Bijbel in Gewone Taal.

 

 

 

 

 

 

 

Reageer

* Verplicht veld