Waar zouden we zijn met een bijbel zonder de Tien Geboden? “Deze leefregels hebben een zeer sterke invloed gehad op de samenleving”, zo las ik onlangs op Wikipedia. Die woorden klinken bijna als een cynische opmerking. Kijk anno 2014 naar de wereld om je heen, kijk eens kritisch naar jezelf! Wat voor invloed van de Tien Woorden bedoelt men dan eigenlijk?
Nu lijkt me de Bijbel geen handboek waaruit moraalridders en wetgevers hun wijsheid zouden moeten putten om de hedendaagse samenleving beter te maken. De Bijbel is een verzameling boeken die allemaal geschreven zijn in een tijd en een cultuur die in bijna alles verschillen met de wereld waarin wij leven. Wie een Bijbel in gewone taal vertaalt en streeft naar een tekst die voor een breed publiek toegankelijk is, moet rekening houden met die verschillen tijdens het vertaalproces. Dat is goed duidelijk te maken met de vertaling van Exodus 20:14 in gewone taal.
In Exodus 20:14 staat een gebod dat in veel traditionele vertalingen is weergegeven met ‘Gij zult niet echtbreken’ of ‘U zult geen echtbreuk plegen’. In moderne bijbelvertalingen is vaak gekozen voor ‘Pleeg geen overspel’. Uit deze verschillende vertalingen blijkt al dat er iets met de interpretatie van dit gebod aan de hand moet zijn.
In de eerste plaats geeft de formulering in het Hebreeuws aan dat het gebod in Exodus 20:14 oorspronkelijk slaat op het gedrag van getrouwde mannen die seks hebben met vrouwen met wie ze niet zijn getrouwd. Uit het feit dat één van de tien geboden betrekking heeft op zo’n situatie, heeft men wel afgeleid dat die zich in het oude Israël tamelijk frequent voordeed. En dat die als onwenselijk werd gezien.
In de tweede plaats gaat het om seksuele relaties van getrouwde mannen met vrouwen die al getrouwd of uitgehuwelijkt zijn. Dat is een heel belangrijk punt bij het gebod in Exodus 20:14. In zo’n geval is het hebben van een seksuele relatie buiten het huwelijk eigenlijk nog één ding. Maar het andere kon in de oud-Israëlitische samenleving absoluut niet: het hebben van seks met een vrouw van een andere man. Dan is de hele kwestie geen morele zaak meer, maar een familie-rechtelijke aangelegenheid geworden! Want stel dat de vrouw zwanger wordt, welke rol gaat het kind dan later spelen als het op de verdeling van een erfenis aankomt? Heeft haar ‘buitenechtelijk’ geboren kind dan dezelfde rechten als de kinderen van haar eigen man? De essentie van het gebod in Exodus 20:14 is dus dat verzekerd moet worden dat de kinderen die een vrouw krijgt, inderdaad van haar eigen man zijn. Als die zekerheid er niet is, hebben twee families later te kampen met een groot juridisch probleem.
Duidelijk is dat een vertaling met ‘echtbreken’ of ‘overspel plegen’ niet toereikend is om de essentie van het gebod goed weer te geven. Ook al niet omdat die woorden niet tot de basiswoordenschat van het Nederlands gerekend kunnen worden. De Bijbel in Gewone Taal moet op dit punt zo begrijpelijk mogelijk zijn. Aanvankelijk was gekozen voor de vertaling ‘Ga niet naar bed met de vrouw van iemand anders.’ Uiteindelijk kreeg het meer bekende en eenvoudige ‘Ga niet vreemd’ toch de voorkeur.
En wat betreft de juridische aspecten van het gebod: er moet nog iets voor de uitleg overblijven…