Het leven is maar kort
Ieder mens zal sterven
1 Over al die dingen heb ik nagedacht. Ik heb het allemaal onderzocht. Ik zag dat God het leven van eerlijke en wijze mensen bepaalt. Ze weten niet of er liefde of haat in hun leven zal zijn. Het is allebei mogelijk. 2 Ze weten alleen dat het met iedereen op dezelfde manier afloopt. Met eerlijke mensen en met slechte mensen. Met mensen die zich houden aan de regels van de tempel, en met mensen die dat niet doen. Met mensen die offers brengen, en met mensen die dat niet doen. Met mensen die goed zijn, en met mensen die slecht zijn. Met mensen die iets aan God beloven, en met mensen die bang zijn om iets te beloven.
3 Dat is het treurige van alles wat er op aarde gebeurt: met iedereen loopt het op dezelfde manier af. Treurig is het ook dat de mensen steeds slechte dingen willen doen. Hun hele leven lang bedenken ze domme dingen, en dan gaan ze dood.
Zolang er leven is, is er hoop
4 Zolang een mens leeft, is er hoop. Net zoals er voor een levende hond meer hoop is dan voor een dode leeuw. 5 Want mensen die leven, weten dat ze zullen sterven. Maar mensen die dood zijn, weten helemaal niets meer. Zij hebben niets meer te verwachten. Niemand denkt meer aan hen. 6 Hun liefde, hun haat en hun jaloezie zijn voor altijd verdwenen. Zij doen niet meer mee met alles wat er op aarde gebeurt.
Geniet elke dag van je leven
7 Geniet van het leven! Geniet van het brood dat je eet en van de wijn die je drinkt. Dat is wat God graag ziet. 8 Draag altijd mooie kleren. En zorg ervoor dat je lekker ruikt.
9 Geniet van het leven met de vrouw van wie je houdt. Je leven is zo voorbij. Geniet daarom van elke dag die God je geeft. Dat is het enige wat je hebt in het leven. Verder is het alleen maar werken en werken.
10 Als je de kans krijgt om iets te doen, doe het dan zo goed mogelijk. Want straks ben je dood en dan is er niets meer. Niets om over na te denken, niets om te doen. Niets om te leren, niets om wijs van te worden.
De dood komt onverwachts
11 Er is me nog iets anders opgevallen in het leven. Het is niet altijd de snelste hardloper die de wedstrijd wint. Het zijn niet altijd de sterkste helden die een oorlog winnen. Wie wijs is, heeft niet altijd genoeg te eten. Wie slim is, wordt niet altijd rijk. Wie verstandig is, wordt niet altijd bewonderd. Iedereen is afhankelijk van wat er toevallig gebeurt.
12 Nooit weet een mens zeker wanneer hij zal sterven. De dood komt onverwachts. Vissen en vogels kunnen onverwachts in een net gevangen worden. Zo kunnen ook mensen onverwachts overvallen worden door de dood.
Wijsheid is beter dan macht
13 Ik zag nog een voorbeeld van wijsheid in de wereld. Het maakte veel indruk op me. 14 Er was eens een kleine stad waar weinig mensen woonden. Een machtige koning begon een oorlog en omsingelde de stad. 15 In die stad woonde een arme, maar wijze man. Die man was zo wijs dat hij de stad had kunnen redden. Maar niemand dacht aan die arme man. 16 Toen ik dat hoorde, dacht ik: Wijsheid is beter dan macht. Maar de mensen hebben geen waardering voor de wijsheid van een arme man. Niemand luistert naar hem.
17 Je kunt beter luisteren naar de rustige woorden van een wijze man dan naar het geschreeuw van iemand die helemaal geen verstand heeft.
18 Met wijsheid bereik je meer dan met wapens. Maar één domme daad maakt veel goeds kapot.
Het leven is maar kort
Ieder mens zal sterven
1 Over al die dingen heb ik nagedacht. Ik heb het allemaal onderzocht. Ik zag dat God het leven van eerlijke en wijze mensen bepaalt. Ze weten niet of er liefde of haat in hun leven zal zijn. Het is allebei mogelijk. 2 Ze weten alleen dat het met iedereen op dezelfde manier afloopt. Met eerlijke mensen en met slechte mensen. Met mensen die zich houden aan de regels van de tempel, en met mensen die dat niet doen. Met mensen die offers brengen, en met mensen die dat niet doen. Met mensen die goed zijn, en met mensen die slecht zijn. Met mensen die iets aan God beloven, en met mensen die bang zijn om iets te beloven.
3 Dat is het treurige van alles wat er op aarde gebeurt: met iedereen loopt het op dezelfde manier af. Treurig is het ook dat de mensen steeds slechte dingen willen doen. Hun hele leven lang bedenken ze domme dingen, en dan gaan ze dood.
Zolang er leven is, is er hoop
4 Zolang een mens leeft, is er hoop. Net zoals er voor een levende hond meer hoop is dan voor een dode leeuw. 5 Want mensen die leven, weten dat ze zullen sterven. Maar mensen die dood zijn, weten helemaal niets meer. Zij hebben niets meer te verwachten. Niemand denkt meer aan hen. 6 Hun liefde, hun haat en hun jaloezie zijn voor altijd verdwenen. Zij doen niet meer mee met alles wat er op aarde gebeurt.
Geniet elke dag van je leven
7 Geniet van het leven! Geniet van het brood dat je eet en van de wijn die je drinkt. Dat is wat God graag ziet. 8 Draag altijd mooie kleren. En zorg ervoor dat je lekker ruikt.
9 Geniet van het leven met de vrouw van wie je houdt. Je leven is zo voorbij. Geniet daarom van elke dag die God je geeft. Dat is het enige wat je hebt in het leven. Verder is het alleen maar werken en werken.
10 Als je de kans krijgt om iets te doen, doe het dan zo goed mogelijk. Want straks ben je dood en dan is er niets meer. Niets om over na te denken, niets om te doen. Niets om te leren, niets om wijs van te worden.
De dood komt onverwachts
11 Er is me nog iets anders opgevallen in het leven. Het is niet altijd de snelste hardloper die de wedstrijd wint. Het zijn niet altijd de sterkste helden die een oorlog winnen. Wie wijs is, heeft niet altijd genoeg te eten. Wie slim is, wordt niet altijd rijk. Wie verstandig is, wordt niet altijd bewonderd. Iedereen is afhankelijk van wat er toevallig gebeurt.
12 Nooit weet een mens zeker wanneer hij zal sterven. De dood komt onverwachts. Vissen en vogels kunnen onverwachts in een net gevangen worden. Zo kunnen ook mensen onverwachts overvallen worden door de dood.
Wijsheid is beter dan macht
13 Ik zag nog een voorbeeld van wijsheid in de wereld. Het maakte veel indruk op me. 14 Er was eens een kleine stad waar weinig mensen woonden. Een machtige koning begon een oorlog en omsingelde de stad. 15 In die stad woonde een arme, maar wijze man. Die man was zo wijs dat hij de stad had kunnen redden. Maar niemand dacht aan die arme man. 16 Toen ik dat hoorde, dacht ik: Wijsheid is beter dan macht. Maar de mensen hebben geen waardering voor de wijsheid van een arme man. Niemand luistert naar hem.
17 Je kunt beter luisteren naar de rustige woorden van een wijze man dan naar het geschreeuw van iemand die helemaal geen verstand heeft.
18 Met wijsheid bereik je meer dan met wapens. Maar één domme daad maakt veel goeds kapot.